Waarom moet je de sporttest doen?
Als agent moet je fit zijn, mentaal en fysiek. Je conditie moet aan een minimale standaard voldoen. In de opleiding zijn hiervoor meetmomenten en alle agenten moeten jaarlijks een sporttest doen (het Fysiek Motorisch Onderzoek). Om aan de opleiding te kunnen beginnen moet je al aan de minimale standaard voldoen. Dat toetsen we in de sporttest. Wat we fysiek van je vragen is een combinatie van snelheid, kracht, behendigheid en uithoudingsvermogen. Want in het politievak moet je snel kunnen schakelen tussen sprinten, draaien, bukken en omhoog komen, bijvoorbeeld bij een aanhouding.
Wat houdt de sporttest in?
Tijdens de test checken we daarom hoe het staat met jouw uithoudingsvermogen, kracht, explosiviteit en vaardigheid in bewegen. De sporttest bestaat uit een parcours dat je in een bepaalde tijd moet afleggen. De tijd die je krijgt voor de test is afhankelijk van je leeftijd en geslacht. Op de dag van de sporttest mag je eerst het parcours oefenen, pas daarna volgt de daadwerkelijke test.
De sporttest doe je individueel en meestal in het bijzijn van andere kandidaten die de test ook uitvoeren. Je begint met het invullen van een sportformulier en omkleden in de kleedkamer. Vervolgens is er een warming-up, oefen je de elementen in het parcours en loop je enkele oefenrondes. Daarna start de daadwerkelijke afname van de test, met als afsluiting een evaluatie van de behaalde tijden van de kandidaten. Alles bij elkaar duurt dit ongeveer 1,5 uur.