Agent Rick over nachtdiensten bij de politie
Dat je nachtdienst hebt en dan óók nog lekker de motor kunt pakken – operationeel expert wijkagent Rick kun je niet blijer maken. Hoe is dat nou eigenlijk, werken als agent in de nacht?
Dat je nachtdienst hebt en dan óók nog lekker de motor kunt pakken – operationeel expert wijkagent Rick kun je niet blijer maken. Hoe is dat nou eigenlijk, werken als agent in de nacht?
‘Dat hangt een beetje af van je functie. Ik heb er iedere maand een stuk of vier - nu toevallig drie achter elkaar. Als je fulltime in de noodhulp werkt, dan draai je er soms wel een stuk of acht per maand.’
‘Ik vind het héérlijk! Het hangt natuurlijk af van wat voor ’n type je bent. Ik ga juist slecht op vroege diensten; doe mij maar late diensten en nachtdiensten. Daar teken ik dan ook altijd graag op in.’
‘Zeker. Iedereen doet zijn deel natuurlijk, er zijn roosters, maar je kunt ook zelf intekenen. En als ik dan ook nog de motor kan pakken, ben ik helemaal blij. Ook dat gaat gewoon naar voorkeur: wil jij de motor, dan pak je die lekker. We kijken natuurlijk wel naar een goede verdeling – minder ervaren en ervaren collega’s samen.
Met zo’n motor is het niet alleen fijn werken omdat je daarmee snel, flexibel en wendbaar ben. Ook omdat het gewoon genieten is! Soms pak ik even de trap van het station mee, oefen ik tussen de bedrijven door met draaien op steile hellinkjes of korte bochten. Zo werk je continu aan je rijvaardigheid.’
‘Het werk is echt anders ’s nachts. Waar je overdag bezig bent met winkeldieven of verkeersongevallen, krijg je in de nacht eerder meldingen die verband houden met geweld, alcohol, inbraken – meer actie, kun je misschien zeggen. Omdat ik operationeel expert ben, is mijn verantwoordelijkheid ook groter tijdens een nachtdienst. Ik ben dan vaak officier van dienst en hulpofficier van justitie. Dat betekent dat ik een politiedistrict met drie basisteams aanstuur bij grotere incidenten. Ook ben ik vraagbaak voor de collega’s op straat en overleg ik veel met partners zoals de officieren van dienst van de brandweer of ambulancedienst. Dus dat is lekker aanpakken.’
‘De sfeer is ’s nachts altijd goed. Je bent met een klein clubje op het bureau en hebt iets meer oog voor elkaar, bent er nog meer op gebrand dat iedereen veilig is. Vaak eten we ook even samen, het is heel gezellig in de nachtdienst.’
‘Er gebeurt zóveel. Afgelopen week nog: ik ben net binnen, sta met een collega bij te praten voor de overdracht, als we een melding horen binnenkomen dat er in een huis geschoten wordt. Er gaan meteen meerdere auto’s heen, wij luisteren mee. Dan horen we dat er slachtoffers zijn, dat er mogelijk sprake is van een vluchtauto.
Mijn eerste prioriteit als officier van dienst is de veiligheid van de collega’s. Vervolgens ga ik taken verdelen. We zorgen bijvoorbeeld dat er een snelle Audi naar de grens gaat, dat er een forensisch team naar de plaats delict gaat. Dan is het echt meteen honderd procent aan de bak.
Ik word continu geïnformeerd over nieuwe feiten, stem steeds af met de officier van justitie en de coördinator van de forensische opsporing en recherche: wat wordt de volgende stap? Je hebt niet eens meer door of het dag of nacht is. Hoewel een voordeel van de nacht is dat er minder mensen op straat zijn, je vaak sneller ter plekke kunt zijn en wat rustiger kunt werken, met minder omstanders. Het nadeel is dat je het ook met minder collega’s moet doen. Het voelt goed als je dan zo kunt doorpakken als laatst: in het ziekenhuis hebben we meerdere mensen kunnen aanhouden, en ook meerdere auto’s in beslag genomen. ’
‘Zeker! Ik ben vijf jaar geleden overgestapt vanuit de Koninklijke Marechaussee. Eerst werd ik hoofdagent, daarna groeide ik door naar wijkagent, en sinds twee jaar ben ik operationeel expert wijkagent en onderdeel van de teamleiding. Ik ben verantwoordelijk voor de politiezorg in de gemeente Zundert en een klein stukje Breda, de chef van de wijkagenten eigenlijk.
Binnen de politie kun je op allerlei manieren doorgroeien. En het mooie is: je leert het allemaal bij, terwijl je ook blijft werken. Soms bijvoorbeeld ook omdat je tijdelijk een waarneming kunt doen – dat er nu nog te weinig mensen zijn, betekent ook dat je veel kansen kunt pakken. En er zijn genoeg leuke vacatures intern – ook op dit moment bij ons, voor digitaal wijkagent of wijkagent bijvoorbeeld.’
‘Je merkt dat de saamhorigheid alleen maar groter wordt. We hebben veel oog voor elkaar, het is net een familie. In ons team zijn er al heel wat nieuwe, jonge collega’s bijgekomen de laatste tijd. Die brengen zo’n fijne energie mee! Dat doet ook iets met het team, het versterkt het groepsgevoel. Je moet weten: we zitten nog steeds op maar 57% vulling - een zwaar tekort dus. Maar stuur ik een appje rond omdat we echt omhoog zitten, dan is er altijd meteen iemand die zich meldt: “De nacht moet veilig zijn.” Hetzelfde geldt voor ME’ers, waar ik ook bij zit: je springt uit je bed en een uur later sta je stenen te vangen. Allemaal voor elkaar.’
- Wil jij ook agent worden? Check dan meteen de mogelijkheden om je in te schrijven!
- Of lees een van de andere blogs met daarin de persoonlijke ervaringen van agenten