Dat hij straks wellicht bij de Zeehavenpolitie wil werken, zal niemand verwonderen. Voor hij bij de politie kwam, werkte André (30) namelijk als kapitein op een binnenvaartschip. ‘Na zes jaar en vele eenzame uren in de stuurhut besloot ik het roer om te gooien. Ik ging op zoek naar een baan met meer uitdaging, die minder eenzaam is.’
‘In eerste instantie kwam ik uit bij de marine, maar daar bleken de doorstroommogelijkheden redelijk beperkt te zijn. Toen besloot ik me in te schrijven op de Politieacademie. Van die keuze heb ik nog geen moment spijt gehad. Ik denk echt dat de politie bij me past, maar ik voel me nog niet helemaal volwaardig lid van de blauwe familie. Dat gevoel komt denk ik naarmate de tijd vordert. Door mijn stage in Rotterdam-Zuid blijf ik ook wel nuchter. Ik vind dat ik mezelf eerst moet bewijzen en dat je moet laten zien wat je waard bent, voor je bij die familie hoort.’
‘Anderhalf jaar geleden ben ik begonnen op de Politieacademie in Rotterdam. Dit jaar schakelde mijn groep over naar het nieuwe onderwijs. Daardoor doen we kwartiel vier over en wordt onze groep van 24 mensen opgesplitst in teams van acht politiestudenten, waarbij er meer individuele aandacht is.
‘Als ik klaar ben met de opleiding ga ik nog eens goed kijken naar de mogelijkheden. Momenteel lijkt de Zeehavenpolitie me zeer interessant. Het water blijft me roepen. Ik heb daar al een dag meegelopen en heb de juiste papieren al in mijn bezit. Toen de schipper van de RHIB, een snelle patrouilleboot, dat hoorde, mocht ik de rest van de dienst varen, heel tof. De ene keer zit je op het water, de andere keer aan wal. Ik houd van die diversiteit. Mocht dat na een tijd vervelen dan kun je altijd terug naar een basisteam.’