Kom bij de politie Maak er politiewerk van

Eerst agent, nu rechercheur bij de politie

Agent zijn was haar op het lijf geschreven. Maar toen Mariska ‘per ongeluk’ kon ervaren hoe het is om te werken als rechercheur, was ze verkocht. Hoe een agent haar hart verloor aan de recherche.

Proefdraaien bij de recherche

‘Na de politieopleiding op mbo 4-niveau werkte ik met plezier op straat, in de noodhulp. Ik vond het agentenwerk te gek. Toen ik twee jaar agent was, kregen we nogal een uitdaging voorgeschoteld: elke agent ging drie maanden lang werk doen bij de recherche op een “afhandelunit”. Daar worden de ad hoc zaken, zoals vernielingen of winkeldiefstal, in negen uur afgehandeld.’

Deze verdachte verhoren, ik?

‘Ik zag er verschrikkelijk tegenop. Ik was het liefst op straat, en nu moest ik ineens drie maanden binnen zitten. Mijn eerste kennismaking in die afhandelunit herinner ik me nog als de dag van gisteren. Ik kreeg zes mappen in mijn handen geduwd met de boodschap: “Hij zit beneden,” en dat was het. Ik zei: really? Ik wist dat het ging om een verdachte in een onderzoek dat máánden had gelopen. Was die man eindelijk aangehouden, lieten ze míj dat doen, zonder enige ervaring. Ik dacht: dat wordt ’m niet.’

Dit is léuk!

Hoe anders bleek de werkelijkheid toen Mariska met de verdachte in de verhoorruimte zat. Dit kón ze! ‘Ik maak makkelijk contact en dat bleek heel handig tijdens zo’n verhoor - mensen vertellen mij graag hun verhaal. Maar wat ze niet weten: ik onthoud alles en typ sneller dan het licht. Bij die eerste verdachte had ik dus al gauw door dat hij de boel bij elkaar loog. En al terugscrollend kon ik hem dat ook laten zien. Ik had hem klem en genoot van het spel. Na dat gesprek wist ik: dit opsporingswerk is léuk!’

Vacature tactische opsporing – die is voor mij!

‘Drie maanden recherchewerk werden zes maanden. Toen ik daarna weer terug op mijn post was, ben ik naar mijn chef gestapt: “Ik wil bij de recherche.” En geloof het of niet, maar op het moment dat ik vervolgens achter mijn computer ging zitten, kwam er een vacature-alert binnen via de mail. Ping: een vacature bij de tactische opsporing. Ik móest gewoon reageren.’

Voorlichting tactische opsporing

‘Eerst ben ik naar een voorlichting gegaan over de tactische opsporing, en bij alles wat die teamchef zei dacht ik: dit wil ik. Hij gaf aan dat je geen opsporingskennis hoefde te hebben, maar wel bereid moest zijn hard te werken. Hij wilde mensen op wie hij kon rekenen, die hun hand niet omdraaiden voor piketdiensten. Mensen die wilden leren, het uiterste uit zichzelf wilden halen. Los van de inhoud trok dat me enorm. Ik schreef hem een brief recht uit het hart.’

Liquidatie, moord, drugslabs: overal mag ik meekijken

‘In het gesprek dat daarop volgde zei ik: “Ik heb nu misschien nog nul kennis, maar ik beloof dat ik binnen een jaar kan wat er nodig is voor deze functie.” Het werkte, ik werd aangenomen! Pas toen mijn vriend zei wat voor ’n mazzelkont ik was, drong het tot me door: ik was in één keer door naar de leukste baan ever. Bij de dienst regionale recherche, in het team grootschalige opsporing. Hier lopen de zaken die grote impact hebben op de maatschappij: moord, liquidaties, heel grote drugsonderzoeken. En net als in de film mag ik dus alles zien wat een ander niet mag zien, mag ik onder elk lint door.’

Werken in het team grootschalige opsporing

‘In het team grootschalige opsporing werk je met allerlei mensen samen, ik noem het altijd een “all inclusive recherchepakket”. Iedereen van de opsporing denkt mee: de financieel rechercheur, digitaal rechercheur, familierechercheur, enzovoorts. Dat is superleerzaam – én superleuk.
Het leren begon met heel veel meekijken. Aansluiten bij verschillende teams, als tweede persoon mee naar verhoren. Ik leerde hoe het inzetten van afluisterapparatuur werkt, wat er nodig is om een telefoontap aan te vragen. Gelukkig mocht ik álles vragen – nog steeds trouwens.’

De rechercheopleiding bij de politie

‘Na een aantal maanden ben ik de rechercheopleiding van de politie gaan volgen. Ik merkte dat ik al zoveel had geleerd in mijn meelooptijd. Dat hielp om theorie en praktijk aan elkaar te koppelen.
Mijn belofte heb ik waargemaakt. Hoe leuk ik het agentenwerk ook vond, mijn hart blijkt nóg meer bij het opsporingswerk te liggen. Ook hier ga ik de wereld niet veranderen, maar ik kan wel de wereld voor iemand betekenen. We hebben bijvoorbeeld net een familie mogen inlichten dat de dader van de moord op hun broer en hun zoon is gepakt. Ook werken we soms echt samen met de familie van een slachtoffer. Dat is best spannend, want die mensen gaan door zo’n heftige tijd. Maar ze zijn steeds ontzettend dankbaar voor wat we doen. Dan voel je je echt gewaardeerd.’
 

Integriteit staat voorop

‘Alle onderzoeken die wij doen, komen in het nieuws terecht. Als de presentator dan zegt dat er goed politiewerk gedaan is, maakt dat me wel trots. Maar goed, je kunt er dus niks over vertellen aan je vrienden. Of aan mensen die hun mening helemaal klaar hebben over hoe de politie iets had moeten aanpakken. Daar moet je wel tegen kunnen.’

Bijspringen in de noodhulp

‘Ook het werken als agent zit me nog steeds in het bloed. Ik zou zo weer bijspringen in de noodhulp – sterker nog, dat ga ik binnenkort doen! In mijn regio start een pilot, waarbij je in geval van tekorten op straat via een app kunt aangeven: deze dienst pak ik op. Ik vind dat niet alleen leuk, maar ook goed. Als je elkaars werk doet, dan snap je ook hoe je elkaar kunt helpen. Sommige agenten schrijven net even iets meer op, bij het controleren van een auto bijvoorbeeld. En dat kan soms de sleutel zijn in mijn onderzoek als rechercheur. Die waardering wil ik kunnen uitspreken naar mijn collega's, dat motiveert denk ik ook weer enorm! 

Andersom is het superwaardevol om als rechercheur ook op straat gewerkt te hebben. Je weet beter waar je je info kunt halen, weet hoe agenten werken en waarom je niet altijd alle info over een verdachte zo gepresenteerd krijgt als je zou willen. Door die uitwisselingen kan ik me beter inleven. Dat zorgt voor verbinding tussen agenten en rechercheurs.’

Plezier in je werk

‘Mijn vriend zegt wel eens: jij beseft niet wat jíj voor elkaar hebt! En dat is misschien maar goed ook. Ik heb écht plezier in mijn werk, en dat vind ik veel belangrijker dan wat er op mijn schouder staat.’

- Ook de noodhulp in? Informatie over de agentenopleiding vind je hier
- Of lees meer over de hbo-bacheloro pleiding recherche